Nissan Qashqai 2023 Gebruikershandleiding

7.13.1. Normale werking

imageimage

Het Stop/Start-systeem schakelt de motor uit en zal deze automatisch weer starten. Het Stop/Start-controlelampje brandt.

image

Het Stop/Start-systeem of het Coasting Stop/Start-systeem (alleen beschikbaar met Mild Hybrid Technology (indien aanwezig) in combinatie met de Xtronic-versnellingsbak) treedt niet in werking onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer de motor na het opnieuw starten stationair blijft draaien zonder dat er gereden wordt.

  • Wanneer de temperatuur van de motorkoelvloeistof laag is.

  • Wanneer de accucapaciteit laag is.

  • Wanneer de temperatuur van de accu laag of zeer hoog is.

  • Wanneer het vacuüm in de rembekrachtiger afneemt.

  • Wanneer de motorkap wordt geopend terwijl de motor loopt.

  • Wanneer de motor gestart wordt terwijl de motorkap open is.

  • Wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt.

  • Wanneer het bestuurdersportier open staat.

  • Wanneer het indicatielampje van het Stop/Start-systeem langzaam knippert.

  • Wanneer het gaspedaal wordt ingedrukt (modellen met Xtronic-transmissie).

  • Wanneer de transmissie in de R-stand (achteruit) staat.

  • Wanneer de aanjagersnelheidsknop in een andere stand dan OFF (0) staat terwijl de luchtstroomknop in de voorruitontwasemstand staat (handbediende airconditioning).

  • Wanneer de schakelaar voor de voorruitontwaseming ingeschakeld is (automatische airconditioning).

  • Wanneer de OFF-schakelaar van het Stop/Start-systeem ingeschakeld is.

  • Wanneer de Intelligent Key niet gedetecteerd wordt.

  • Wanneer het rempedaal niet volledig wordt ingedrukt (modellen met Xtronic-transmissie).

  • Wanneer het energieverbruik hoog is.

  • Bij grote hoogtes.

  • Wanneer de modus [SNOW] of de modus [OFF-ROAD] is geselecteerd (modellen met 4WD).

image

Het Stop/Start-systeem zal niet geactiveerd worden onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer de auto in beweging is.

  • Wanneer de auto gestopt wordt op steile hellingen.

  • Wanneer het stuurwiel wordt bediend (modellen zonder Mild Hybrid Technology).

image

Het Coasting Stop/Start-systeem (alleen beschikbaar met Mild Hybrid Technology (indien aanwezig) in combinatie met de Xtronic-versnellingsbak) wordt niet geactiveerd onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer de rijsnelheid hoger is dan 18 km/u.

  • Wanneer de transmissie niet in de D-stand (rijden) staat.

  • Wanneer de auto op een weg rijdt die niet vlak is.

  • Wanneer een voetganger of voertuig wordt gedetecteerd door de Intelligent Emergency Brake-functie (indien aanwezig).

  • Wanneer ProPILOT Assist (indien aanwezig) of ICC (indien aanwezig) wordt geactiveerd.

image

Het kan even duren voordat het Stop/Start-systeem wordt geactiveerd onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer de accu ontladen is.

  • Wanneer de buitentemperatuur te laag of te hoog is.

  • Wanneer de loodaccu is vervangen of de pool van de loodaccu gedurende langere tijd losgekoppeld is geweest en vervolgens weer is aangesloten.

image

Onder de volgende omstandigheden zal de motor niet opnieuw starten ook al wordt het rempedaal losgelaten (Xtronic-transmissie) of wordt het koppelingspedaal ingetrapt (MT) terwijl het Stop/Start-systeem actief is (de motor start mogelijk opnieuw als gevolg van een andere herstartvoorwaarde):

  • Wanneer de transmissie in de P-stand (parkeren) staat (modellen met Xtronic-transmissie).

  • Wanneer de transmissie niet in de N-stand (vrij) staat (als de bestuurder het koppelingspedaal volledig intrapt wordt de motor opnieuw gestart) (modellen met MT).

  • Wanneer de transmissie in de N-stand (vrij) staat en de parkeerrem geactiveerd is of het controlelampje van de automatische remvasthoudfunctie groen oplicht (modellen met Xtronic-transmissie).

  • Wanneer ProPILOT Assist (indien aanwezig) wordt geactiveerd.

image

De motor wordt opnieuw gestart zonder het rempedaal los te laten (modellen met Xtronic-versnellingsbak) of zonder het koppelingspedaal in te trappen (handgeschakelde modellen) terwijl het Stop/Start-systeem of het Coasting Stop/Start-systeem (alleen beschikbaar met Mild Hybrid Technology (indien aanwezig) samen met de Xtronic-versnellingsbak) wordt geactiveerd onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer de OFF-schakelaar van het Stop/Start-systeem wordt ingedrukt.

  • Wanneer de aanjagersnelheidsknop in een andere stand dan OFF (0) staat terwijl de luchtstroomknop in de voorruitontwasemstand staat (handbediende airconditioning).

  • Wanneer de schakelaar van de voorruitontwaseming wordt aangezet (automatische airconditioning).

  • Wanneer het gaspedaal wordt ingedrukt. (modellen met Xtronic-transmissie)

  • Wanneer de accucapaciteit laag is.

  • Wanneer het energieverbruik hoog is.

  • Wanneer de schakelpaddle wordt bediend (indien aanwezig) (modellen met Xtronic-transmissie)

  • Wanneer de Intelligent Key niet gedetecteerd wordt.

  • Wanneer het vacuüm in de rembekrachtiger onvoldoende is als gevolg van het herhaald indrukken van het rempedaal.

  • Wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder is losgemaakt of het bestuurdersportier open staat. (Modellen met Xtronic-transmissie) (Modellen met handgeschakelde versnellingsbak als niet in een versnelling is geschakeld).

  • Wanneer de accuspanning daalt (door een teveel aan elektrische belasting van andere voertuigsystemen, zoals koplampen, verwarming, enz., of extra apparaten aangesloten op het 12 volt stopcontact in de auto)

  • Wanneer er meer dan 3 minuten zijn verstreken sinds activering van het Stop/Start-systeem. (modellen met Xtronic-transmissie)

  • Wanneer ProPILOT Assist (indien aanwezig) wordt geactiveerd (De motor start mogelijk niet opnieuw afhankelijk van de remvloeistofdruk).

  • Wanneer de bestuurder vanuit stilstand wegrijdt met behulp van ProPILOT Assist (indien aanwezig).

  • Wanneer ProPILOT Assist (indien aanwezig) detecteert dat de voorligger zich verder verwijdert.

  • Wanneer de modus [SNOW] of de modus [OFF-ROAD] is geselecteerd (modellen met 4WD).

image

De motor zal opnieuw starten zonder het rempedaal los te laten (modellen met Xtronic-transmissie) of zonder het koppelingspedaal in te trappen (modellen met MT) terwijl het Stop/Start-systeem actief is onder de volgende omstandigheden:

  • Wanneer het rempedaal wordt losgelaten op hellende wegen en de auto in beweging komt.

  • Wanneer de parkeerrem wordt vrijgegeven terwijl de transmissie in de N-stand (vrij) staat en het rempedaal niet wordt ingedrukt.

  • Wanneer de transmissie in de R-stand (achteruit) wordt gezet. (modellen met Xtronic-transmissie)

  • Wanneer vanuit de P-stand (parkeren) of N-stand (vrij) de D-stand (rijden) wordt geselecteerd tijdens een stop door het Stop/Start-systeem in een voertuig met Xtronic-transmissie.

  • Wanneer het stuurwiel wordt bediend (Xtronic-transmissie auto's zonder Mild Hybrid Technology).

image

De motor wordt opnieuw gestart zonder het rempedaal los te laten terwijl het Coasting Stop/Start-systeem (alleen beschikbaar met Mild Hybrid Technology (indien aanwezig) samen met de Xtronic-versnellingsbak) is geactiveerd onder de volgende omstandigheden

  • Wanneer de rijsnelheid lager is dan 18 km/u (12 MPH).

  • Wanneer de transmissie niet in de D-stand (rijden) staat.

  • Wanneer de motorkap open is.

image

De motor wordt niet opnieuw gestart terwijl de auto in beweging is wanneer de noodrem wordt geactiveerd tijdens het Coasting Stop/Start-systeem (alleen beschikbaar met Mild Hybrid Technology (indien aanwezig) samen met de Xtronic-versnellingsbak). De motor zal opnieuw starten nadat de auto tot stilstand is gekomen.

image

De volgende omstandigheden verhinderen dat het Stop/Start-systeem de motor automatisch opnieuw start. De motor moet dan gestart worden met de contactschakelaar

  • Wanneer de motorkap open is.

  • Wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt en het bestuurdersportier geopend wordt (modellen met MT).

Gebruik het systeem bij het wachten voor een stoplicht, enz. Wanneer de auto gedurende langere tijd stilstaat, zet dan de motor af.

Wanneer de motor wordt afgezet door het Stop/Start-systeem, kunnen de functies voor verwarmen, koelen en ontvochtigen minder effectief zijn. Om dit te vermijden, kunt u het Stop/Start-systeem uitzetten door de OFF-schakelaar van het Stop/Start-systeem in te drukken.

Het Stop/Start-systeem treedt altijd in werking aan het begin van een rit (zodra de motor gestart is). De motor wordt automatisch afgezet en weer gestart tijdens de rit als de omstandigheden van toepassing zijn.

imageimage

Het automatisch opnieuw starten van de motor is mogelijk wanneer het controlelampje van het Stop/Start-systeem op het voertuiginformatiedisplay brandt.

Hoofdonderwerp: